"Check This Out!" door Kees van Hogeloon

Zwarte dag voor witspelers

Spelen met wit geldt in de schaaksport als een klein voordeel. De witspeler mag namelijk als eerste een zet doen, zwart reageert vervolgens, maar loopt in de opening dan per definitie steeds achter de feiten aan. In de opening is het doorgaans wit, die de meeste ruimte pakt en zwart, die zich of verdedigt, of zelf agressief speelt, maar dan wel met grote risico's. Maar het valt niet mee om dat voordeel van de "voorzet" vast te houden in de loop van de partij. Hoe sterker de schakers zijn, des te meer weegt het kleine voordeel om met wit te spelen. Bij alledaagse clubschakers. zoals bij Eeuwig Schaak, is het voordeel van de witte stukken uiterst klein. De statistieken, die de wedstrijdleiders bij Eeuwig Schaak bijhouden, wijzen in ieder geval uit dat er ongeveer net zo vaak met zwart als met wit gewonnen wordt.
De clubavond van 19 november jl. leek wel een "zwarte donderdag". Van de 9 gespeelde partijen, werden er 8 door zwart gewonnen en eindigde er één in remise. Niet één witspeler wist dus te winnen! Bijzonder verrassende uitslagen zaten er overigens niet bij. Gewoon een kwestie van opmerkelijk toeval, dus.

Twee partijen werden pas in het eindspel definitief beslist. Theo Leijdekkers en Wouter Jans gingen tegen respectievelijk Joop van den Bosch en Wim Soeters met een iets betere stelling het eindspel in en deelden daar de beslissende klap uit. In twee andere partijen was een aanval op de koningsstelling beslissend. Ad Bruijns sloopte vakkundig de koningsstelling van Cor Lazeroms, een aanval volgde en Cor was kansloos. Toon de Rooij en Johan Goorden rocheerden beiden een andere kant op. In zo'n partij wint degene die het eerst de koningsstelling van de ander kapot weet te maken. In dit geval was dat Johan.
Louis van Mechelen en Wim Wijnings hielden elkaar van begin tot eind in evenwicht, met remise als eindresultaat. Ook in de partij tussen Corné van Geel en Kees van Hogeloon leek er helemaal niets aan de hand, totdat Corné met zijn dame in de aanval trok. Maar daarbij werd de dekking van een zeer belangrijk veld opgegeven. Kees gaf schaak met zijn dame en Corné ging meteen geforceerd mat. Ab Witkamp had tegen Jan Rijkse zijn koning en dame op dezelfde diagonaal staan en dat liep verkeerd af. Jan joeg een verdedigend paard weg en kon vervolgens met zijn loper de gewraakte diagonaal pakken. Ab verloor zijn dame en gaf dus op. Ted van Eck won van Marcel Koek op zijn eigen typische manier: langzamerhand voordeeltjes opbouwen en vervolgens optimaal benutten. Ted heeft maar een half kansje nodig om te scoren. Misschien kan Ted eens wat bijles geven aan de voetballers van het Nederlands elftal...

De meest sensationele partij van de avond was die tussen Arie van den Ende en Jan Konings. Arie offerde zijn dame voor een aanval over de open g-lijn. Bijna had Arie met die alles-of-niks-actie succes, maar ja... bijna telt niet in de sport. De aanval sloeg net niet door, waarna de winst voor Jan was.

Uitslagen 7e ronde:

Ab Witkamp - Jan Rijkse 0 - 1
Marcel Koek - Ted van Eck 0 - 1
Wim Soeters - Wouter Jans 0 - 1
Cor Lazeroms - Ad Bruijns 0 - 1
Toon de Rooij - Johan Goorden 0 - 1
Corné van Geel - Kees van Hogeloon 0 - 1
Joop van den Bosch - Theo Leijdekkers 0 - 1
Arie van den Ende - Jan Konings 0 - 1
Louis van Mechelen - Wim Wijnings ½ - ½

Dit stukje verscheen op donderdag 26 november 1998 in Weekblad De Rucphense Bode.